Jaarstukken 2022

Toelichting financiële afwijkingen programma's

Inleiding
De raad stelt de begroting vast. Begrotingsafwijkingen en -overschrijdingen (beleidsmatig en/of financieel) behoeven autorisatie door de raad. In de regel zullen begrotingswijzigingen vooraf door het college aan de raad worden voorgelegd ter autorisatie. Hiermee wordt toestemming gevraagd voor het te realiseren beleid en voor de besteding van het benodigde bedrag. Begrotingswijzigingen moeten volgens de Gemeentewet tijdens het jaar zelf nog door de raad worden vastgesteld.

Rechtmatigheid, hoe zat het ook al weer?
De begrotingsrechtmatigheid wordt beoordeeld op programmaniveau omdat de Raad op dat niveau de begroting vaststelt. Het systeem van budgetbeheer en -bewaking moet waarborgen dat de baten en de lasten binnen de begroting blijven en dat wijzigingen tijdig worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Indien een wijziging niet meer in het jaar zelf is vastgesteld zijn bestedingen boven het begrotingsbedrag strikt genomen onrechtmatig. Wanneer kostenoverschrijdingen worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten valt dit binnen de kaders van rechtmatigheid. Voorwaarde is wel dat deze kostenoverschrijdingen goed herkenbaar in de jaarrekening zijn opgenomen. Extra kosten die worden gemaakt omdat (extra) opbrengsten daarvoor de ruimte bieden, zijn onrechtmatig wanneer deze lasten niet direct zijn gerelateerd aan de extra opbrengsten of de raad over de aanwending van deze opbrengsten nog geen besluit heeft genomen.

Toevoegingen en onttrekkingen aan de bestemmingsreserves mogen alleen worden verwerkt tot maximaal het bedrag dat via de begroting(swijzigingen) door de raad is goedgekeurd. Bij reserves met een egalisatie- of inkomensfunctie mag een positief- of negatief exploitatiesaldo bij de jaarrekening vóór bestemming worden verrekend met de corresponderende reserve. In deze gevallen maakt het betreffende exploitatiesaldo geen onderdeel uit van het bestemmingsvoorstel bij de jaarrekening. Daarnaast mag de mutatie in de voorziening negatieve grondexploitaties direct met de reserve grondexploitaties worden verrekend.

Begrotingsonrechtmatigheden in 2022
In 2022 is in twee programma's sprake van begrotingsonrechtmatigheid:
1. Programma Bereikbaarheid: een overschrijding op de lasten van 721.000 en
2. Programma Jeugd en Onderwijs: een overschrijding op de lasten van 617.000.

De overschrijding op programma Bereikbaarheid is onrechtmatig, maar telt voor het grootste deel niet mee in het rechtmatigheidsoordeel van de accountant. Dat komt omdat de overschrijding op de kosten van parkeren (€ 685.000) wordt gecompenseerd door de parkeerinkomsten. Het restant ad € 36.000 moet wel als onrechtmatig worden beschouwd. Dat wordt veroorzaakt door extra lasten op het beleidsterrein Openbaar vervoer. De toelichting op deze afwijkingen van de begroting vind u bij het programma Bereikbaarheid.

De overschrijding op programma Jeugd en Onderwijs is ook onrechtmatig, maar telt niet mee voor het oordeel van de accountant t.a.v. de rechtmatigheid. De reden daarvoor is dat jeugdhulp feitelijk een openeinderegeling is. De toegang tot de jeugdzorg is open voor een ieder die daar recht op heeft binnen de bestaande regels. In de oorspronkelijke begroting was (achteraf gezien) voldoende budget, maar de begroting is op basis van de eerste prognose van de Serviceorganisatie Zorg (SOZ) neerwaarts aangepast. Op basis van de tweede prognose, medio maart 2023 ontvangen, bleek een tekort ten opzichte van de bijgestelde begroting. Toen kon de begroting niet meer worden aangepast.

Toelichting op financiële afwijkingen ten opzichte van de begroting

Hieronder wordt op beleidsterreinniveau bij afwijkingen op de baten en/of lasten tussen begroting en rekening > 250.000 een toelichting gegeven.

Bestuur en dienstverlening

Bestuur en dienstverlening
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

21.295

20.865

430

2,02

Baten

-2.627

-2.652

25

-0,96

Saldo

18.668

18.213

455

2,44


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Bestuur

387

-45

341

Dienstverlening

43

71

114

Totaal

430

25

455

Bestuur

1A Bestuur
De kosten voor het bestuur zijn lager uitgevallen. De Raad en Commissies realiseren een voordeel op de overige kosten van 148.000 en op de advieskosten 118.000, daartegenover is er een nadeel op de accountantskosten van 53.000 en 21.000 op de bezoldiging en vergoedingen aan de raadsleden. De kosten voor de Griffie zijn ook lager uitgevallen en dit is met name een voordeel van 94.000 op de loonkosten en 38.000 voor de rekenkamer. Binnen het Strategisch beleidsadvies is er een voordeel van 95.000 en dit werd voor het grootste veroorzaakt door lagere verzekeringskosten. Advisering bestuur en communicatie heeft een nadeel van 133.000 en dit werd hogere kosten voor publicaties en voor representatie. En ook is bijdrage aan Holland Rijnland 79.000 lager uitgevallen.

1B Dienstverlening
Er zijn geen relevante afwijkingen.

Veiligheid

Veiligheid
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

15.211

15.069

142

0,94

Baten

-902

-814

-88

9,74

Saldo

14.309

14.255

55

0,38


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Veiligheid

142

-88

55

Totaal

142

-88

55

2A Veiligheid

Er zijn geen relevante afwijkingen.

Economie

Economie
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

10.812

10.336

476

4,41

Baten

-2.015

-2.156

142

-7,03

Saldo

8.797

8.179

618

7,03


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Ruimte om te ondernemen

225

-248

-23

Faciliteren/Stimuleren van ondernemen

253

79

332

Marketing en promotie

6

310

316

Circulaire Economie

-7

0

-7

Totaal

476

142

618

3A Ruimte om te ondernemen
De baten vanuit de markten zijn € 150.000 lager dan begroot, daarnaast worden de baten van de provinciale subsidie voor de MKB-deal niet geheel in 2022, maar ook in 2023 gerealiseerd. De lasten zijn 220.000 lager dan begroot, met name vanuit een onderbesteding bij programma internationaliseren, programma economie071 en de economische structuurversterking. In 2022 is hier sprake geweest van een overgangsperiode met een focus op de afronding van projecten.

3B Faciliteren en stimuleren van ondernemen
Voor het project LBSP is een resterend budget van 85.000, bij programma kennisstad een overbesteding van € 55.000 voor het ondernemersfonds is een onderbesteding van 140.000 en op het project glasvezel is een resterend budget van 155.000. Voor de Provada is er een overbesteding van 85.000, hier tegenover staan onbegrote baten van 62.000.

3C Marketing en promotie
De baten toeristenbelasting vallen in de prognose 240.000 lager uit dan begroot, de lasten voor citymarketing zijn mede hierdoor 230.000 lager dan begroot. Daarnaast is voor het programma Binnenstad een resterend budget van 240.000 euro. Hiervoor verwijzen we naar het bijzonder programma Binnenstad.


3D Circulaire economie
Geen toe te lichten afwijkingen

Bereikbaarheid

Bereikbaarheid
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

20.509

21.231

-721

-3,52

Baten

-17.226

-17.751

525

-3,05

Saldo

3.284

3.480

-196

-5,97


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Fietsers en voetgangers

63

0

63

Openbaar vervoer

-385

437

52

Autoverkeer

80

1

80

Parkeren

-685

14

-671

Leefomgeving

206

74

280

Totaal

-721

525

-196

4B Openbaar vervoer

Op de lasten is 385.000 meer uitgegeven dan begroot. Dit is op te splitsen in twee verklaringen. Ten eerste is er een voordeel van 101.000 op de bijdrage aan het onderzoek naar het spoor Leiden - Utrecht. Deze kosten worden gedekt door de reserve bereikbaarheidsprojecten. Omdat er minder is uitgegeven dan begroot is er ook minder onttrokken uit die reserve en kan verdere besteding in 2023 plaatsvinden. Ten tweede is op de voorbereidende plankosten van Leiden Knoop CS sprake van een nadeel van 498.000. Deze wordt op de baten gedekt door een (niet begrote) rijksbijdrage van 437.000. Het per saldo nadeel van 61.000 in 2022 wordt gedekt door het budget voor de voorbereidende plankosten Leiden Knoop CS in de begroting 2023.

4D Parkeren
Op het beleidsterrein parkeren is sprake van een nadelig saldo van 671.000 dat is opgebouwd uit een nadeel op de lasten van 685.000 en een voordeel op de baten van 14.000. Binnen het besleidsterrein parkeren wordt onderscheid gemaakt tussen autoparkeren en fietsparkeren. In onderstaande tabel worden de resultaten op beide onderdelen weergegeven.

V=voordeel/N=nadeel

lasten

 

baten

   
       

autoparkeren

610.000

N

2.000

V

608.000

N

fietsparkeren

75.000

N

12.000

V

63.000

N

       
 

685.000

N

14.000

V

671.000

N

Het nadeel op de lasten bedraagt in totaal 685.000.

Bij het autoparkeren is sprake van een nadeel van 610.000. Dit wordt veroorzaakt doordat de gerealiseerde onderhoudslasten van de garage Garenmarkt 139.000 hoger zijn dan begroot. Dat is vooral het gevolg van de flinke prijsstijgingen in de afgelopen periode. Ook de onderhoudskosten van de overige garages laten om deze reden een nadeel zien van ongeveer 80.000. Daarnaast zijn de beheerlasten van de garages toegenomen als gevolg van de hoge gebruiksintensiteit. De uitgaven voor bijvoorbeeld schoonmaak zijn daardoor hoger uitgevallen (100.000). Ook de uitgaven voor ICT-digitaliseren parkeren zijn als gevolg van de prijsstijgingen in de afgelopen periode hoger dan begroot (200.000). Het incidentele budget voor uitbreiding betaald parkeren (ingaand medio 2023) is bij de 4e technische wijziging 2022 overgeheveld naar 2023. Echter, in 2022 zijn nog wel éénmalige kosten hiervoor gemaakt van 100.000.

Bij het fietsparkeren bedraagt het nadeel 75.000. Dit nadeel komt met name tot stand doordat de beheerkosten van de fietsgarages 200.000 hoger zijn dan begroot (Lorentz 120.000 en Waagstalling 80.000). Daarnaast leidt het niet begroten van de OZB tot een nadeel van 60.000 in de exploitatie van de Lorentz. Tegenover deze nadelen staat een voordeel van 225.000 omdat de fietsgarage Mosterdsteeg in 2022 nog niet is geopend terwijl dit wel was begroot.

Omgevingskwaliteit

Omgevingskwaliteit
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

64.303

62.913

1.391

2,16

Baten

-35.220

-35.733

514

-1,46

Saldo

29.084

27.179

1.905

6,55


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Verharde openbare ruimte

839

-349

490

Openbaar water

-645

234

-411

Openbaar groen

75

268

343

Milieu en duurzaamheid

1.098

349

1.446

Klimaatadaptatie

24

12

36

Totaal

1.391

514

1.905

5A Verharde openbare ruimte

In 2022 hebben we bij de lasten een voordeel van 839.000. De onderschrijding komt o.a. door de volgende lasten:

  • Onderschrijding bij conserveren, reinigen en groepsremplace van openbare verlichting (110.000). Met de vaststelling van het uitvoeringsprogramma Beheer Openbare Verlichting 2022-2026 is de voorziening voor het conserveren, reinigen en groepsremplace van openbare verlichting opgeheven. De middelen zijn opgenomen in de exploitatie. Omdat er nog een restant budget op de voorziening stond, zijn de kosten van dit jaar zowel op de voorziening als de exploitatie geboekt. Hierdoor is er een onderschrijding ontstaan in de exploitatie van 110.000. Vanaf 2023 komen uitgaven alleen ten laste van de exploitatie.
  • Minder lasten bij wegmarkeringen (128.000) door vertraging bij de aanbesteding.
  • Minder lasten bij bewegwijzering (121.000) omdat deze enkele jaren geleden allemaal zijn vervangen en tijdelijk minder onderhoud nodig hebben.
  • Minder lasten bij kabels en leidingen (91.000)

In 2022 hebben we bij de baten een nadeel van 349.000. Dit komt o.a. door een nadeel van 428.000 bij de afvalstofheffing. De afvalstoffenheffing komt lager uit dan geraamd door een lager aantal nieuwe woningen, een oplopend aantal adressen zonder ingeschreven bewoner en een daling van het aantal bewoners per adres. Hier tegenover staat dat ook de kosten voor afvalinzameling en verwijdering lager zijn.

5B Openbaar water

In 2022 hebben we bij de lasten een nadeel van 645.000. De onderschrijding komt o.a. door de volgende last:

  • Betaling van de SPUK Klimaatadaptatie (661.158) aan regiogemeenten. De gemeente Leiden heeft een kassier-functie voor de regiogemeenten. Bij de lasten staan de betalingen aan de regiogemeenten en bij de baten staan de ontvangen SPUK Klimaatadaptatie (661.158).

5C Openbaar groen

In 2022 hebben we bij de baten een voordeel van 268.000. Het voordeel komt o.a. door:

  • Het bomenfonds (192.000). Het betreft de ontvangen gelden (waarborg) die aan de gemeente voldaan zijn voor het kappen van bomen.

5D Milieu en duurzaamheid

In 2022 hebben we bij de lasten een voordeel van 1.098.000. De onderschrijding komt o.a. door de volgende lasten:

  • Vanuit de reserve gsb middelen is er geld beschikbaar gesteld voor investeringen in de gevelsanering (1.024.000). De realisatie heeft echter nog niet plaatsgevonden, dit zal naar verwachting in 2023 plaatsvinden.
  • De bijdrage aan de ODWH over 2021 viel lager uit (329.000). In 2022 heeft er een teruggave plaatsgevonden n.a.v. de afrekening over de bijdrage 2021.
  • Overschrijding door bodem SPUK E83 historische spoedopgaven (-349.000). De kosten zijn in 2022 niet begroot maar zullen in 2023 wel begroot worden. De gemeente Leiden heeft voor de periode 2022-2025 van het Rijk in totaal 558.600 toegekend gekregen voor de spoedlocaties Botermarkt/Breestraat; Rooseveltstraat 7; Herensingel 27 en voor de nazorg van voormalige stortplaats de Bult. Een deel van deze middelen zijn in 2022 besteed. Het restant moet worden besteed in 2023, 2024 en 2025. Het niet bestede bedrag moet worden teruggestort naar het rijk.

In 2022 hebben we bij de baten een voordeel van 349.000. Het voordeel komt door:

  • Niet begrote opbrengsten m.b.t. Bodem SPUK E83 historische spoedopgaven (328.000)

Stedelijke ontwikkeling

Stedelijke ontwikkeling
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

46.103

35.490

10.613

23,02

Baten

-36.501

-31.541

-4.960

13,59

Saldo

9.601

3.949

5.652

58,87


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Ruimtelijke planvorming en plantoetsing

1.343

118

1.460

Gemeentelijk vastgoed

8.325

-5.136

3.188

Wonen

100

0

99

Energietransitie

846

58

904

Totaal

10.613

-4.960

5.652

Toelichting op beleidsterreinen met financiële afwijkingen (op de lasten en/of baten) > 250.000

Het resultaat van programma Stedelijke Ontwikkeling is voor bestemming 5,6 miljoen positief.

6A Ruimtelijke planvorming en plantoetsing

De werkelijke lasten zijn 1,3 miljoen lager dan begroot. Eén van de reden is dat de leges van gemeentelijke projecten (nieuwbouw van de ijshal, zwembad en sporthal) middels een interne verrekening is verantwoord in de exploitatie. Dit resulteert in een voordeel aan de lastenkant van afgerond 900.000. Daarnaast is op het budget voor tijdelijke inhuur een voordeel gerealiseerd van 100.000 als gevolg van lagere kosten van inhuur. Het budget 'kennisregio aan zee' is in 2022 deels ingezet. Dit budget wordt ingezet om te werken aan een ontwikkelagenda voor ruimtelijk-economische structuurversterking. Niet alle benodigde onderzoeken zijn in 2022 uitgevoerd. Dit resulteert in een voordeel van afgerond 100.000. Het beschikbare meerjarig budget voor invoering Omgevingswet is in 2022 niet volledig ingezet. Dit resulteert in een voordeel van afgerond 200.000.

6B Gemeentelijk vastgoed

De werkelijke lasten binnen dit beleidsterrein zijn 8,3 miljoen lager dan begroot wat resulteert in een voordeel aan de lastenkant. Daarnaast zijn de werkelijke baten binnen dit beleidsterrein 5,1 miljoen lager dan begroot wat resulteert in een nadeel aan de batenkant. In onderstaande tabel is de uitsplitsing van het beleidsterrein 'Gemeentelijk vastgoed' per betreffende prestaties opgenomen. Vervolgens wordt het verschil tussen begroting en realisatie voor zowel de lasten als de baten - waarbij het verschil per prestatie voor zowel
de lasten als de baten groter is dan 250.000 - nader toegelicht:

Prestatie (bedragen x 1.000)

 

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil 2022

 

Prestatie voeren erfpachtsbedrijf

Lasten

1.569

1.397

172

voordeel

Baten

-2.147

-2.462

315

voordeel

Prestatie opstellen MPG en Vermogensbeheer Grondexploitaties

Lasten

21.281

12.386

8.896

voordeel

Baten

-18.596

-12.416

-6.180

nadeel

Prestatie exploiteren van gemeentelijke gebouwen

Lasten

10.594

11.337

-743

nadeel

Baten

-7.561

-8.290

729

voordeel

Totaal beleidsterrein Gemeentelijk vastgoed

Lasten

33.444

25.120

8.324

voordeel

Baten

-28.304

-23.168

-5.136

nadeel

Prestatie voeren erfpachtbedrijf

De werkelijke baten binnen de prestatie voeren erfpachtbedrijf zijn 300.000 hoger dan begroot. Deze
hogere baat is voornamelijk het gevolg van incidentele opbrengsten door verkoop van erfpachtgronden
naar volledig eigendom en eerste uitgifte van gronden in erfpacht. Daarnaast zijn er suppletievergoedingen
ontvangen van woningbouwverenigingen Portaal en Ons Doel voor het omzetten van erfpachtpercelen met
sociale huurwoningen naar erfpachtpercelen met koopwoningen.

Prestatie opstellen Meerjaren Perspectief Grondexploitaties en Vermogensbeheer

Onderdeel van deze prestatie zijn naast de actieve grondexploitaties onder andere budgetten
voor realisatie incidentele grondopbrengsten, huren gronden en kosten die hier mee gemoeid zijn, de beheerskosten van strategisch vastgoed en het zogenaamde werken voor derden. De werkelijke lasten binnen deze prestatie zijn 8,9 miljoen lager dan begroot. En de werkelijke baten zijn 6,2 miljoen lager dan begroot.
In onderstaande tabel is ten opzichte van de begroting de afwijking van de lasten opgenomen. Vervolgens
wordt per betreffend onderdeel een toelichting gegeven.

Prestatie opstellen MPG en Vermogensbeheer grondexploitatie (bedragen x 1.000)

 

a - Lasten actieve grondexploitaties

Lasten

7.374

voordeel

b - Exploitatiebijdragen aan investeringen

Lasten

890

voordeel

c - Voorziening negatieve grondexploitaties

Lasten

1.500

voordeel

d - Beheerskosten strategisch vastgoed

Lasten

-110

nadeel

e - Lasten overige exploitatiebudgetten

Lasten

255

voordeel

f - Afrondende werkzaamheden Aalmarkt

Lasten

171

voordeel

g - Werken voor derden

Lasten

-1.180

nadeel

 

Totaal lasten

8.900

voordeel

a - Lasten actieve grondexploitaties

De gerealiseerde lasten van de grondexploitaties is in 2022 7,4 miljoen lager dan begroot. Voornaamste reden is dat voor de onlangs (in december 2022) geopende grondexploitatie Stationsgebied M-kavels in 2022 een kostenpost is begroot van afgerond 7,0 miljoen die vervolgens niet meer is besteed. Dit heeft geen effect op het saldo van de jaarrekening. De niet gerealiseerde lasten schuiven door naar 2023. Zie voor een nadere toelichting van alle gemeentelijke grondexploitaties paragraaf 2.3.7 Grondbeleid.

b - Exploitatiebijdragen aan investeringen

Het budget exploitatiebijdragen aan investeringen heeft een voordeel van 890.000. Het gaat
hierbij om verschillende bijdragen vanuit reserves aan kredieten die nog niet volledig zijn uitgegeven en
worden doorgeschoven naar 2023.

c - Voorziening negatieve grondexploitaties

Aan de voorziening negatieve grondexploitaties is in 2022 227.826 aan rente toegevoegd. In de exploitatie is hiervoor een budget beschikbaar ter hoogte van 595.910. Dit resulteert in de exploitatie tot een voordeel van 368.084. Als gevolg van het actualiseren van de bestaande grondexploitaties kan de voorziening negatieve grondexploitatie verlaagd worden met 1.128.096. Hierdoor onstaat in de exploitatie een voordelig resultaat van 1.496.180.

d - Beheerskosten strategisch vastgoed

De beheerskosten van het strategisch vastgoed zijn ten opzichte van het beschikbare budget met 100.000
overschreden. Bij een aantal panden is meer onderhoud uitgevoerd om in deze gemeentelijke panden geen
onveilige situaties te krijgen. Tegenover deze overschrijding zijn ook meer opbrengsten gerealiseerd, zie hiervoor onderstaande toelichting bij 'k - huuropbrengsten strategisch vastgoed'. Jaarlijks wordt vanuit de reserve Grondexploitaties budget beschikbaar gesteld voor het onderhoud van het strategisch vastgoed.

e - Lasten overige exploitatiebudgetten

Een aantal exploitatiebudgetten binnen deze prestatie zijn overschreden en onderschreden. Zo is de uitkering van de subsidie voor sterke steden en dorpen in 2022 vertraagd en wordt deze doorgeschoven naar 2023. In de exploitatie resulteert dit in een voordeel van 367.500 (zie ook onderstaand bij 'j - Baten overige exploitatiebudgetten'). Naast dit voordeel is in de exploitatie een nadeel gerealiseerd op de beheerskosten van onder andere groenpercelen en gronden benzinestations (60.000). Daarnaast leidt de OZB voor Schuttersveld (bouwlocatie de Lorentz) voor de periode 2020-2021 tot een nadeel van afgerond 60.000.

f - Afrondende werkzaamheden Aalmarkt

Voor het afronden van werkzaamheden grondexploitatie Aalmarkt is in 2022 een krediet beschikbaar gesteld. In 2022 zijn niet alle werkzaamheden uitgevoerd waardoor per eind 2022 nog afgerond 200.000 beschikbaar is.

g - Werken voor derden (facilitair grondbeleid)

Het zogenaamde werken voor derden budget betreft projecten waarbij de gemeente met een initiatiefnemer een intentieovereenkomst dan wel een anterieure overeenkomst heeft afgesloten. Om deze lasten te kunnen bekostigen ontvangt de gemeente een exploitatiebijdrage van de initiatiefnemer die gelijk is aan de te maken kosten. In 2022 zijn de totaal gerealiseerde lasten in de exploitatie 1,2 miljoen hoger dan begroot. Tegenover deze hoger lasten is in 2022 ook een hogere exploitatiebijdrage ontvangen, zie hiervoor onderstaande toelichting bij 'i - Werken voor derden'.

In onderstaande tabel is ten opzichte van de begroting de afwijking van de baten opgenomen. Vervolgens
wordt per betreffend onderdeel een toelichting gegeven.

Prestatie opstellen MPG en Vermogensbeheer grondexploitatie (bedragen x 1.000)

 

h - Baten actieve grondexploitaties

Baten

-7.374

nadeel

i - Werken voor derden

Baten

1.307

voordeel

j - Baten overige exploitatiebudgetten

Baten

-177

nadeel

k - Huuropbrengsten strategisch vastgoed

Baten

63

voordeel

 

Totaal baten

-6.181

nadeel

h - Baten actieve grondexploitaties

De gerealiseerde baten van de grondexploitaties is in 2022 7,4 miljoen lager dan begroot. Voornaamste reden is het niet meer realiseren van de opbrengsten bij de grondexploitaties Lammenschansdriehoek en GEO-Groenoordhallenterrein. Dit heeft geen effect op het saldo van de jaarrekening. De niet gerealiseerde opbrengsten in 2022 schuiven door naar 2023. Zie voor een nadere toelichting van alle gemeentelijke grondexploitaties paragraaf 2.3.7 Grondbeleid.

i - Werken voor derden (facilitair grondbeleid)

Het zogenaamde werken voor derden budget betreft projecten waarbij de gemeente met een initiatiefnemer een intentieovereenkomst dan wel een anterieure overeenkomst heeft afgesloten. Om deze lasten te kunnen bekostigen ontvangt de gemeente een exploitatiebijdrage van de initiatiefnemer die gelijk is aan de te maken kosten. In 2022 zijn de totaal gerealiseerde baten in de exploitatie 1,3 miljoen hoger dan begroot. Tegenover deze hoger baten zijn in 2022 ook de gerealiseerde lasten hoger, zie hiervoor bovenstaande toelichting bij 'g - Werken voor derden'.

j - Baten overige exploitatiebudgetten

Deze baten hebben onder andere betrekking op verhuur van gronden aan benzinestations, verhuur tuingronden, opbrengsten incidentele grondverkopen, ontvangen subsidies en zogenaamde reserveringsvergoedingen. In 2022 is het nadelig exploitatieresultaat van deze baten 177.000. Bij de reserveringsvergoedingen is in 2022 onterecht 100.000 teveel begroot (zie ook onderstaande toelichting bij de reserve Grondexploitaties). Voor de subsidie sterke steden en dorpen is in 2022 een opbrengst van 367.500 begroot. Deze subsidie heeft de gemeente ook ontvangen. Echter, deze subsidie mag pas in de exploitatie worden verantwoord zodra hier subsidiabele kosten tegenover staan. In 2022 zijn deze subsidiabele kosten vertraagd (zie ook bovenstaand bij ‘e - Lasten overige exploitatiebudgetten’) waardoor deze opbrengsten niet in de exploitatie van 2022 kan worden verantwoord, maar doorschuift naar 2023 (nadeel van 367.500). Daarnaast is een verwachte opbrengst als gevolg van autonome ontwikkelingen niet in 2022 gerealiseerd en schuift deze door naar 2023 (nadeel van 279.851). Tegenover deze nadelen staat ook een voordeel van afgerond 600.000. Dit betreft een 2-tal subsidies voor Werninkterrein (430.000) en Lammenschans (170.000).

k - Huuropbrengsten strategisch vastgoed

In de exploitatie van strategisch vastgoed is een hogere opbrengst gerealiseerd van afgerond 60.000 met name als gevolg van een niet begrote opbrengst voor verhuur leegstand (Villex vastgoedbescherming).

Prestatie exploiteren van gemeentelijke gebouwen

Onderdeel van deze prestatie zijn onder andere de exploitatiebudgetten van maatschappelijk vastgoed.

Prestatie (bedragen x 1.000)

 

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil 2022

 

Prestatie exploiteren van gemeentelijke gebouwen

Lasten

10.594

11.337

-743

nadeel

 

Baten

-7.561

-8.290

729

voordeel

Het resultaat van deze prestatie is nagenoeg nihil. Echter, zowel de werkelijke lasten als de werkelijke baten zijn hoger dan begroot. Aan de lastenkant is de overschrijding afgerond 700.000. De baten zijn ook afgerond 700.000 hoger. De overschrijding aan de lastenkant komt tot stand doordat de energiekosten van maatschappelijk vastgoed 170.000 hoger zijn dan de begroting. Het doorbelasten van energielasten aan gebruikers loopt altijd een jaar achter. Deze hogere energielasten worden in 2023 doorbelast aan de gebruikers. Daarnaast zijn de kosten van 'OZB eigenaren deel' afgerond 40.000 hoger dan begroot. Dit als gevolg van een hogere stijging van de OZB ten opzichte van de indexatie van het beschikbaar budget. De werkelijke facilitaire lasten van de MFA's (multifunctionele accommodaties) zijn in 2022 afgerond 500.000 hoger dan begroot. Aangezien deze facilitaire lasten worden doorbelast aan de gebruikers zijn de baten ook 500.000 hoger dan begroot. Daarnaast is - conform collegevoorstel 'Intentieovereenkomst en dekking plankosten definitiefase herontwikkeling Rivierenbuurt in Meerburg - de bijdrage (200.000) van de woningcorporaties De Sleutels en Portaal in 2022 ontvangen. Deze bijdrage was niet begroot waardoor in de exploitatie een voordeel ontstaat van 200.000.

6C Wonen

De afwijking van zowel de lasten als de baten is binnen dit beleidsterrein kleiner dan 250.000.

6D Energietransitie

De werkelijke lasten zijn in 2022 846.000 lager dan begroot. Oorzaak hiervan is een onderbesteding op de prestaties 'Meer energiebesparing' (883.000, waarvan 615.000 op energiearmoede waarvan de uitvoering in 2023 doorloopt), 'Duurzame opwekking energie' (125.000) en een overbesteding op de prestatie 'Aardgasvrije stad' (112.000), hier tegenover staat de bijdrage WarmteLinQ.

In 2022 is bekend geworden dat de gemeente het restant van de RRE-subsidie (395.000) mag behouden en inzetten voor de energietransitie. Dit is een voordeel aan de batenkant.
Verder heeft de gemeente een Rijkssubsidie voor energiearmoede ontvangen, in 2022 is gestart met de uitvoering, deze loopt door in 2023 (nadeel 479.000), verder is er een onbegrote bijdrage voor de gemeentelijke plankosten voor WarmteLinQ ontvangen (€93.000)

Jeugd en onderwijs

Jeugd en onderwijs
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

59.629

60.142

-514

-0,86

Baten

-6.449

-6.885

436

-6,77

Saldo

53.180

53.257

-77

-0,15


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Jeugd

-1.046

142

-904

Peuterspeelopvang en kinderopvang

124

0

124

Onderwijsbeleid

-62

-74

-136

Onderwijshuisvesting

470

368

838

Totaal

-514

436

-77

7A Jeugd

Het budget Jeugdzorg is bij de 4e technische wijziging afgeraamd op basis van de tweede prognose van de Service Organsiatie Zorg (SOZ). Medio maart 2023 is de derde prognose over 2022 ontvangen van SOZ. De derde prognose leidde tot een nadeel van 592.000. Het nadeel is o.a. ontstaan doordat het de zorgaanbieders toch gelukt is om meer te produceren door interventies in de verschuivingen van budgetten tussen zorgaanbieders en segmenten. Ten opzichte van de primitieve jeugdzorgbegroting betekent het nog steeds een voordeel.
Holland Rijnland is samen met de vier andere jeugdhulpregio’s in landsdeel Zuidwest onder Interbestuurlijk Toezicht (IBT) geplaatst als gevolg van de financiële problemen die zijn ontstaan bij de aanbieders gesloten jeugdzorg (iHUB en Schakenbosch) ten gevolge van de scherpe daling van het aantal kinderen in de gesloten jeugdzorg. De gemeente Rotterdam is de accounthoudende gemeente voor iHUB en Den Haag is aangewezen als accounthoudende gemeente voor Schakenbosch. Het Rijk heeft de gesloten jeugdzorg als cruciale zorg aangemerkt. De financiële problemen die in 2022 zijn ontstaan, hebben geleid tot een verplichte bijdrage van allle gemeenten uit de vijf jeugdhulpregio's. Voor Leiden betekende dit een nadeel van ca. 220.000.

7B Peuterspeelopvang en kinderopvang
Er zijn geen relevante afwijkingen

7C Onderwijsbeleid
Er zijn geen relevante afwijkingen

7D Onderwijshuisvesting

De lasten voor eenmalige voorzieningen voor onderwijshuisvesting, vergoedingen voor schades, plankosten en huur en leasekosten zijn in totaal 434.000 lager uitgevallen. In een aantal gevallen zijn de betreffende voorzieningen of (nog) niet gerealiseerd of tegen lagere kosten gerealiseerd. Op energiekosten is een voordeel ontstaan van 117.000. Van het geraamde budget voor vergoedingen voor de OZB is een bedrag van ca. 315.000 (nog) niet door schoolbesturen gedeclareerd.
Er zijn niet-geraamde rijksbijdragen voor de regeling Ventilatie in scholen (SUVIS) ontvangen die doorverstrekt moesten worden aan de scholen. Dit heeft geleid tot een voordeel van 370.000 op de baten en een gelijk nadeel op de lasten.

Cultuur, sport en recreatie

Cultuur, sport en recreatie
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

37.601

37.530

71

0,19

Baten

-6.636

-7.203

567

-8,55

Saldo

30.966

30.327

638

2,06


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Cultuur

-573

-122

-695

Cultureel erfgoed

116

84

200

Sport

647

644

1.291

Recreatie

-120

-38

-158

Totaal

71

567

638

8A Cultuur
De lasten vanuit cultuur zijn €573.000 hoger dan begroot. De overbesteding wordt voornamelijk veroorzaakt doordat er in de 4e technische wijziging een bedrag van €550.000 overgeheveld van 2022 naar 2023 onder aanmelding D120 vanwege de beperkte aanvragen voor de subsidieregeling Coronasteun Cultuursector in Leiden. Tegen de verwachting in kwamen er tegen het eind van 2022 een aantal grote aanvragen binnen, hierdoor is het budget in 2022 door de budgetoverheveling niet toereikend. Bij de jaarrekening wordt voorgesteld om dit met een negatieve budgetoverheveling te corrigeren. Door deze negatieve budgetoverheveling zal het budget voor de Corona-steun toereikend zijn. Daarnaast wordt het verschil veroorzaakt door de specifieke uitkering Impuls Jongerencultuur. Deze SPUK is erg laat beschikt vanuit het rijk (medio november) waardoor de lasten niet in de begroting zijn verwerkt.

8B Cultureel erfgoed
Er zijn geen relevante afwijkingen.

8C Sport
De lasten zijn €647.000 lager dan begroot. Er zijn verschillende redenen voor de lagere lasten. De grootste oorzaak is de lagere uitgaven op sportstimulering en sportsubsidies. Zo is er bijvoorbeeld een subsidiebeschikking van €0 vastgesteld in 2022. Er zijn wel subsidies beschikt in 2022. Maar daartegenover stond dat een aantal oude voorlopige subsidiebeschikkingen op 0 zijn vastgesteld in 2022. Per saldo was hierdoor een negatief bedrag op de uitgaven in 2022. Daarnaast is er weinig gebruik gemaakt van het budget voor sportevenementen, waaraan een subsidieregeling is gekoppeld, omdat clubs andere prioriteiten hadden (verduurzaming als gevolg van stijgende energieprijzen, club weer opstarten na corona en vinden van vrijwilligers die tijdens corona zijn vertrokken). Het beperkte gebruik van deze subsidiemogelijkheid nodigt uit om de regeling beter voor het voetlicht te brengen van de Leidse sportsector. Een andere reden is bijdrage vanuit de exploitatie voor de investering sportaccommodaties ICT die geraamd staat in 2022. Deze investering is doorgeschoven naar 2023, om die reden is daar niets op gerealiseerd. Ten slotte is er een deel van het budget voor wijksportparkontwikkeling FC Boshuizen niet uitgegeven in 2021 en doorgeschoven naar 2026. Dit komt omdat de kosten voor het eerst zijn gemaakt in 2022. De baten zijn €644.000 hoger dan begroot. Er werd een voordeel gerealiseerd op de Subsidie SPUK. Oorspronkelijk waren de verwachte subsidie-inkomsten voor sportinvesteringen meerjarig en centraal begroot. Dit met de gedachte om de subsidie centraal te boeken en vervolgens door te storten naar de verschillende sportinvesteringen. In de praktijk bleek dit een onwenselijke constructie te zijn. Dit enerzijds omdat het doorschuiven van sportinvesteringen vraagt om het steeds aanpassen van de begroting of een toelichting in de jaarrekening, omdat de subsidie in een ander jaar wordt gerealiseerd dan verwacht De compensatie die door het Rijk is verstrekt, is om die reden hoger dan geraamd.

8D Recreatie
Er zijn geen relevante afwijkingen.

Maatschappelijke ondersteuning

Maatschappelijke ondersteuning
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

119.898

113.765

6.133

5,11

Baten

-20.717

-19.977

-739

3,57

Saldo

99.181

93.788

5.393

5,44


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Sociale binding en participatie

441

0

441

Preventie

373

39

413

Ondersteuning

1.570

-22

1.547

Kwetsbare groepen

3.748

-756

2.992

Totaal

6.133

-739

5.393

9A Sociale binding en participatie
Op de subsidieregeling maatschappelijke initiatieven is een onderbesteding ontstaan van 0,2 miljoen, deels veroorzaakt door corona. Op de social-impact projecten is een onderbesteding ontstaan van 0,2 miljoen, waardoor er ook 0,2 miljoen minder onttrokken is aan de reserve.

9B Preventie
Er is een onderbesteding ontstaan van 0,2 miljoen op het budget vrijwillige thuiszorg/mantelzorg, waarvan
50.000 betrekking heeft op Versterken aanbod dementie. De bijdrage aan RDOG is 0,1 miljoen lager dan begroot mede veroorzaakt door een hoger dan verwachte btw-teruggaaf. Het project Healthy Society Center is later gestart dan gepland, waardoor een onderbesteding is ontstaan van 50.000.

9C Ondersteuning
Op de Wmo-maatwerkvoorzieningen, totaal budget 30 miljoen, is een onderbesteding gerealiseerd van 1,1 miljoen. Bij de 4e technische wijziging was al een voordeel van 1,56 miljoen gemeld. Verwacht werd dat het gebruik weer zou toenemen in het laatste kwartaal, maar dat is niet uitgekomen. Naast personeelskrapte bij de zorgaanbieders heeft corona ook nog steeds invloed. Het gebruik van de regio-taxi ligt 1/3 lager t.o.v. 2019.
Er was een incidenteel budget van 0,25 miljoen beschikbaar voor de implementatiekosten bij de sociale wijkteams van het nieuwe softwaresysteem Samenleving sociaal domein, maar dit budget is niet nodig geweest. Op het subsidiebudget voor de sociale wijkteams is een onderbesteding ontstaan van 0,2 miljoen, waarvan 0,1 miljoen is veroorzaakt door afwikkeling van de subsidie 2021.

9D Kwetsbare groepen
Voor de opvang van de Oekraïense vluchtelingen is een bijdrage van het Rijk ontvangen, gebaseerd op een normvergoeding per dag per aangemeld bed. De lasten zijn vervolgens afgestemd op deze rijksbijdrage. De exploitatielasten zijn 3,6 miljoen lager uitgekomen dan begroot. Met name de kosten van onderhoud, beveiliging, huur en inventaris zijn veel lager uitgevallen. De declarabele transitiekosten, kosten om huisvestinglocaties gereed te maken voor de Oekraïense vluchtelingen, zijn 1,0 miljoen lager uitgevallen dan begroot en daardoor zijn de baten ook 1,0 miljoen lager. De onrendabele top van de in opdracht van Leiden verbouwde locatie van Alrijne aan de Houtlaan heeft geleid tot een voorlopig nadeel van 4,1 miljoen. Er worden in de toekomst inkomsten uit huur verwacht als de locatie niet meer wordt gebruikt door Oekraïense vluchtelingen, maar die inkomsten zijn nog niet zeker en daarom nog niet opgenomen in deze jaarrekening.
Een incidenteel budget van 1,125 miljoen was beschikbaar voor onrendabele lasten m.b.t. huisvesting voor statushouders. Dit budget is nog niet nodig geweest. Ook het budget sociaal beheer, dat samenhangt met de huisvesting, van 0,15 miljoen is daarom nog niet besteed, komt o.a. doordat de woningcorporaties een groot aantal statushouders regulier heeft kunnen huisvesten.
De lasten Beschermd Wonen zijn 1,25 miljoen lager uitgevallen dan begroot, omdat het aantal plekken BW sneller daalt dan verwacht. Het regionaal budget actieplan voorkomen dakloosheid is met 0,4 miljoen onderschreden. Dat komt met name door de vertraging in de realisatie van "scheve" huisjes in Oegstgeeest en Zoeterwoude. Daarnaast is het lokale budget van 75.000 voor opvang van dakloze jongeren niet besteed omdat de plannen nog onvoldoende waren uitgewerkt. Medio 2023 wordt hierover besluitvorming verwacht.
Het budget voor multfunctionele accommodaties van 0,25 miljoen is niet besteed. Dat heeft te maken met de uitloop van de verbouwing van het Huis in de buurt in de Stevenshof. Het incidentele budget voor de subsidieregeling Huisvesting bijzondere doelgroepen is onderschreden met 0,3 miljoen omdat er geen aanvragen zijn toegekend. Het incidentele projectbudget van Gewoon Wonen is met 84.000 onderschreden. De verbouwing zal afgerond worden in 2023.

Werk en inkomen

Werk en inkomen
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

124.003

122.192

1.812

1,46

Baten

-68.814

-72.214

3.400

-4,94

Saldo

55.190

49.978

5.212

9,44


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Arbeidsparticipatie

1.565

2.516

4.081

Maatsch. participatie en onderst. minima

254

628

882

Inkomensvoorzieningen

-19

237

219

Schuldhulpverlening

12

18

30

Totaal

1.812

3.400

5.212

10A Arbeidsparticipatie
De Europese REACT-subsidie kon in het voorjaar van 2021 worden aangevraagd, maar had betrekking op de periode vanaf februari 2020. Het plan was om kosten van 2020 en 2021 al op te nemen in de jaarstukken 2021 maar dat is niet gelukt. Eind 2022 bleek de subsidie- en de prestatieverantwoording van voldoende kwaliteit om een voorlopige opbrengst over de gehele periode te boeken. De geboekte voorlopige opbrengst voor de regio Holland Rijnland is 1,8 miljoen meer dan begroot, waarvan 0,8 miljoen bestemd is voor de regio-gemeenten (nadeel lasten) en 1,04 miljoen voor Leiden. Medio 2023 zal de subsidieverantwoording beoordeeld zijn door het Agentschap van SZW. De daadwerkelijke opbrengst kan dus lager uitvallen. In het najaar van 2023 wordt de definitieve subsidiebeschikking verwacht. Na ontvangst van de beschikking zal uitbetaling aan de regio-gemeenten plaatsvinden.
De uitvoeringskosten bij Inburgering worden gedekt door een vaste rijksbijdrage plus bijdragen van Leidse regiogemeenten. De kosten van de inburgeringsvoorzieningen zijn declarabel bij het Rijk. De inburgering is pas laat op gang gekomen waardoor de uitvoeringskosten lager zijn uitgekomen dan verwacht. Daarnaast is eind 2022 gebleken dat een deel van de uitvoeringskosten bij nader inzien onder inburgeringsvoorzieningen bij het Rijk gedeclareerd kunnen worden. Dit heeft per saldo geleid tot 0,5 miljoen lagere uitvoeringslasten en 0,5 miljoen hogere baten inburgeringsvoorzieningen.
Bij Taal en Participatie en JAS (jonge statushouders) is een voordeel ontstaan van in totaal 0,3 miljoen door een nagekomen opbrengst over 2021.
De lasten en baten van het regionaal ESF-project PRO/VSO onderwijs zijn 0,2 miljoen hoger uitgevallen.
Op de regionale budgetten Invoering regionaal werkbedrijf en Crisisdienstverlening (budget om nadelige gevolgen corona op werkgelegenheid te dempen) is een onderbesteding ontstaan van 0,4 miljoen.
Het budget onderzoek en scholing is onderschreden met 0,1 miljoen.

Arbeidsparticipatie DZB
Er is bij Arbeidsparticipatie / DZB een voordeel ontstaan van 1.266.000. Dit is opgebouwd uit een voordeel van 72.000 bij re-integratie activiteiten en 1.194.000 bij de WSW. Het voordeel van 1.194.000 bij de WSW bestaat uit een voordeel van 104.000 op de reguliere bedrijfsvoering, een voordeel van 273.000 op teveel ontvangen budget als gevolg van een onjuiste verwerking van een rijkscirculaire en een voordeel van 817.000 op de WSW-rijkssubsidie.
Het voordeel van 273.000 is onjuist gealloceerd uit de algemene middelen wordt daarom bij resultaatbestem-ming verrekend met de concernreserve.
Het rijk stelt de jaarlijkse WSW-subsidie vast op basis van een inschatting van de blijfkans van de gesubsidieerde medewerkers. Het in een jaar gerealiseerd aantal WSW’ers wijkt daar bijna altijd van af. Wij rekenden de WSW subsidie op basis van het werkelijke aantal gerealiseerde WSW plaatsen toe aan het resultaat en lieten het verschil staan op de balanspost Vooruit ontvangen. Dit blijkt niet juist te zijn omdat de ontvangen WSW-subsidie, onderdeel van het gemeentefonds, niet hoeft te worden afgerekend met het Rijk. Een overschot op de WSW-subsidie moet daarom als eigen vermogen worden beschouwd. Het in de jaren 2017 t/m 2021 opgenomen overschot op de balans valt daardoor vrij ten gunste van de exploitatie. In totaal leidt dit tot een voordeel van
817.000.
Het voordeel van 104.000 op de reguliere bedrijfsvoering wordt grotendeels veroorzaakt door lagere loonkosten omdat er minder mensen uit de nieuwe doelgroep zijn ingestroomd.
Het voordeel op het budget re-integratieactiviteiten is 72.000. In het budget van re-integratie zijn een aantal projecten van de arbeidsmarktregio Holland Rijnland opgenomen. De onderbesteding op het regionaal budget bedraagt 102.000. Dit bedrag is volgend jaar nodig voor de afronding van de projecten en zal geoormerkt worden gestort in de bedrijfsreserve DZB. Bij de overige re-integratieactiviteiten stonden vacatures langer open dan gepland en is ook minder opleidingsbudget aangewend als gevolg van minder instroom. Deze voordelen zijn aangewend om tegenvallende opbrengsten vanuit de regio als gevolg van minder instroom op te vangen en om samen met het team Werk en Inkomen (PMO) het uitkeringsbestand scherper in beeld te brengen om zo de instroom bij re-integratie weer op peil te krijgen. Deze inspanningen resulteerden per saldo in een nadeel van 30.000.

10B Maatschappelijke participatie en ondersteuning minima
Er is incidenteel 0,32 miljoen van het Rijk ontvangen via de algemene uitkering. Het betreft een mutatie uit de decembercirculaire die via de 4e technische wijziging is toegevoegd aan de begroting. Het was bedoeld om extra uitgaven bijzondere bijstand op te vangen als gevolg van de gestegen energieprijzen. Er zijn echter weinig aanvragen ontvangen en toegekend en daardoor is er een voordeel ontstaan van 0,25 miljoen.
Op kwijtscheldingen gemeentelijke heffingen is een voordeel ontstaan van 48.000. Er is 0,1 miljoen kwijt-gescholden van gedupeerde ouders inzake de kindertoeslagaffaire die gedeclareerd kan worden bij het Rijk.
Door o.a. de verhoogde en gerealiseerde taakstelling 'te huisvesten statushouders' is er 0,2 miljoen meer aan leenbijstand verstrekt. Ook is er een opbrengst van 50.000 doordat een deel van de minimadoelgroep een verstrekte energietoeslag van 500 heeft teruggestort, die betrekking heeft op 2023 maar in 2022 mocht worden uitgekeerd van het Rijk. De reden is dat zij de toeslag liever in 2023 willen ontvangen. Daarnaast is er een hogere opbrengst van 0,25 miljoen inzake de te declareren uitvoeringskosten van verstrekking bijstand aan Oekraïense vluchtelingen in particuliere opvang.

10C Inkomensvoorzieningen
Er zijn geen relevante afwijkingen.

10D Schuldhulpverlening
Er zijn geen relevante afwijkingen.

Algemene middelen

Algemene middelen
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

4.479

379

4.100

91,54

Baten

-392.025

-396.194

4.169

-1,06

Saldo

-387.546

-395.815

8.269

-2,13


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Lokale heffingen besteding niet gebonden

0

145

145

Algemene uitkering

214

4.102

4.316

Dividend

0

3

3

Saldo financieringsfunctie

258

70

328

Overige alg.dekkingsmiddelen

3.628

-150

3.478

Totaal

4.100

4.169

8.269

Belastingopbrengsten.
De OZB op niet-woningen valt hoger uit dan begroot, afgerond 265.000. Daar staat een lagere opbrengst precario van afgerond 120.000 tegenover.

Algemene uitkeringen gemeentefonds.
De uitkering van het gemeentefonds valt 4,3 miljoen hoger uit. Voor een belangrijk deel komt dit door hogere integratie en decentralisatieuiterkingen o.b.v. de decembercirculaire 2022. Een aanzienlijk deel hiervan heeft betrekking op het sociaal domein en daarom zullen deze middelen via het bestemmingsvoorstel worden toegevoegd aan de reserve Sociaal domein. Daarnaast valt ook de algemene uiterking 1,2 mljoen hoger uit, o.a. omdat het aantal inwoners hoger uitvalt dan verwacht.

Saldo financieringsfunctie
Ten opzichte van begroting is sprake van een voordelig resultaat op de rentelasten. Er was nog rekening gehouden met het aantrekken van een langlopende geldlening in september of oktober, dit bleek niet nodig waardoor er over 2022 minder rentelasten zijn gerealiseerd dan begroot.

Overige algemene dekkingsmiddelen
Voordeel bestaat voor afgerond 1.0 mln. als gevolg van vrijval oninbare vorderingen. Voor plankosten aan eventuele toekomstige projecten is 1,9 mln. minder bijgedragen.

Overhead, vennootschapsbelasting en onvoorzien

Overhead
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

73.665

68.149

5.516

7,49

Baten

-2.031

-3.068

1.037

-51,04

Saldo

71.634

65.081

6.553

9,15


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Overhead

5.516

1.037

6.553

Totaal

5.516

1.037

6.553

Onvoorzien
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

207

0

207

100,00

Baten

0

0

0

NaN

Saldo

207

0

207

100,00


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Onvoorzien

207

0

207

Totaal

207

0

207

Vennootschapsbelasting
bedragen x 1.000,-

Begroting 2022

Rekening 2022

Verschil

Afwijking %

Lasten

106

141

-35

-32,96

Baten

0

0

0

NaN

Saldo

106

141

-35

-32,96


bedragen x 1.000,-

Afwijking Begroting - Rekening (- is nadeel)

 

Lasten

Baten

Saldo

Vennootschapsbelasting

-35

0

-35

Totaal

-35

0

-35

OVERHEAD

Lasten
Binnen de lasten is een voordeel van 5,5 mln. Zo is er over 2022 meer uren naar projecten geschreven dan waar we van te voren rekening mee hielden. De overhead van deze uren wordt rechtstreeks naar programma overhead geboekt. Het betreft zowel overhead van interne als externe medewerkers. Het voordeel bedraagt circa 1,3 mln. Daarnaast is er is er nog een voordeel als gevolg van uit lagere uitgaven over 2022 voor Oekraïne (1,4 mln.). De focus binnen Informatievoorziening lag op doorloop-projecten. Gevolg is dat de incidentele aanloopkosten voor nieuwe IV projecten 1,0 mln. lagere zijn dan begroot. De kosten voor de wethouders zijn lager uitgevallen. Vanuit de voorziening wethouderpensioenen is een bedrag van 0,9 mln. vrijgevallen. Dit werd veroorzaakt door een stijging van de rekenrente en waardoor een deel van het gereserveerde bedrag vrij valt. Het resterende voordeel bestaat voornamelijk uit incidentele budgetten zoals wachtgelden wethouders (0,1 mln.), verbouwing stadhuis, personeel (o.a. voor voormalig personeel)(0,6 mln.), Urbun Data Center (0,2 mln.)en diverse overige kleinere posten.

Baten
Het voordeel op de baten is voornamelijk het gevolg van ontvangen vergoedingen van 1,2 mln. voor inlening van interne medewerkers.

VENNOOTSCHAPSBELASTING

De Belastingdienst stelt zich op het standpunt dat over het voordelig saldo woonboten en reclameopbrengsten vennootschapsbelasting (Vpb) moet worden betaald. Dat wordt door ons en andere gemeenten nog betwist. Voorzichtigheidshalve heeft de gemeente het standpunt van de Belastingdienst gevolgd. De gemeente tekent tegen de Vpb-aanslag bezwaar aan. Tevens heeft de gemeente ten aanzien van de activiteit verkoop restafval de zogenoemde Nederlandse Vereniging van Reinigingsdiensten (NVRD)-brancheafspraken met de Belastingdienst. De overige activiteiten zijn niet Vpb-plichtig c.q. wordt een vrijstelling op de resultaten toegepast. Dit mede op basis van het in het verleden met de Belastingdienst gevoerde vooroverleg.

ONVOORZIEN

Over 2022 bedroeg het budget voor onvoorzien 257.000. Op de post onvoorzien heeft over 2022 een uitgaven voor een schadeclaim, die zijn oorsprong vindt in 2009, plaatsgevonden is geschikt voor 50.000 .

Onzekerheden en onrechtmatigheden rondom het sociaal domein (Jeugd en WMO)

Met betrekking tot de in de jaarrekening verantwoorde lasten rondom het sociaal domein (Jeugdhulp en WMO) zijn een aantal onzekerheden en onrechtmatigheden te noemen die weliswaar niet materieel zijn, maar voor de volledigheid wel worden vermeld. Voor de uitgaven WMO gaat het om onzekerheden van totaal 1.272.000 (2021: 1.006.000) en onrechtmatigheden van totaal 73.000 (2021: 211.000). Rondom Jeugd bedragen de onzekerheden 380.000 (2021: 651.000) en de onrechtmatigheden 73.000 (2021: 62.000). Hiermee zijn de geconstateerde fouten en onzekerheden rondom rechtmatigheid op ongeveer hetzelfde niveau als in 2021.

WMO

Onzekerheid

Onrechtmatigheid

Mogelijk onjuiste of onvolledige declaratie van zorgkosten door zorgaanbieders

1.157.000

-

Mogelijk onjuiste uitvoering van PGB’s door Sociale Verzekeringsbank en mogelijk onjuiste declaratie van zorgkosten uit hoofde van PGB’s

115.000

73.000

Mogelijk onjuiste of onvolledige inning van eigen bijdragen via het CAK

pm

pm

Totaal WMO

1.272.000

73.000

   

Jeugd

Onzekerheid

Onrechtmatigheid

Het ontbreken van een finale afrekening met aanbieders tot een bedrag van 125.000 per individuele zorgaanbieder

36.000

-

Het ontbreken van specifieke projectgelden in de definitieve productieverantwoording van een zorgaanbieder

122.000

-

De diepgang van de controle op verantwoordingen van zorgaanbieders met een landelijke declaratie die in absolute omvang uitstijgt boven de omvang van de verantwoording

133.000

-

Het ontbreken van prestatie informatie over de vergoeding van meerkosten

8.000

-

Mogelijk onjuiste declaratie van zorgkosten uit hoofde van PGB’s en mogelijk onjuiste uitvoering van PGB’s door Sociale Verzekeringsbank

81.000

73.000

Totaal Jeugd

380.000

73.000

   

Totaal generaal WMO + Jeugd 2022

1.652.000

146.000

Totaal generaal WMO + Jeugd 2021

1.656.000

273.000