Werk en inkomen | Rekening | Begroting | Wijziging | Begroting
2022 | Rekening | Verschil | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Arbeidsparticipatie | Lasten | 37.344 | 36.003 | 3.717 | 39.719 | 38.155 | 1.565 |
Baten | -12.556 | -12.325 | -1.990 | -14.316 | -16.832 | 2.516 | |
Saldo | 24.788 | 23.677 | 1.726 | 25.404 | 21.323 | 4.081 | |
Maatsch. participatie en onderst. minima | Lasten | 9.524 | 9.635 | 12.080 | 21.715 | 21.462 | 254 |
Baten | -695 | -468 | -567 | -1.035 | -1.664 | 628 | |
Saldo | 8.829 | 9.167 | 11.513 | 20.680 | 19.798 | 882 | |
Inkomensvoorzieningen | Lasten | 67.800 | 64.309 | -4.789 | 59.520 | 59.539 | -19 |
Baten | -65.598 | -58.546 | 5.517 | -53.029 | -53.266 | 237 | |
Saldo | 2.202 | 5.764 | 728 | 6.492 | 6.273 | 219 | |
Schuldhulpverlening | Lasten | 2.577 | 2.698 | 351 | 3.048 | 3.036 | 12 |
Baten | -528 | -339 | -95 | -434 | -452 | 18 | |
Saldo | 2.049 | 2.359 | 255 | 2.614 | 2.584 | 30 | |
Programma | Lasten | 117.245 | 112.644 | 11.359 | 124.003 | 122.192 | 1.812 |
Baten | -79.377 | -71.678 | 2.864 | -68.814 | -72.214 | 3.400 | |
Saldo van baten en lasten | 37.868 | 40.967 | 14.223 | 55.190 | 49.978 | 5.212 | |
Reserves | Toevoeging | 6.809 | 0 | 11.988 | 11.988 | 11.988 | 0 |
Onttrekking | -1.838 | -287 | -2.356 | -2.643 | -2.529 | -114 | |
Mutaties reserves | 4.971 | -287 | 9.632 | 9.345 | 9.459 | -114 | |
Resultaat | 42.840 | 40.680 | 23.855 | 64.535 | 59.437 | 5.098 |
Reserves programma 10 | Rekening | Begroting | Wijziging | Begroting
2022 | Rekening | Verschil | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
DZB Bedrijfsreserve dzb-Leiden wsw | Toevoeging | 1.095 | 0 | 1.749 | 1.749 | 1.749 | 0 |
Onttrekking | -1.514 | 0 | -1.595 | -1.595 | -1.595 | 0 | |
Saldo | -419 | 0 | 153 | 153 | 153 | 0 | |
DZB Reserve zachte landing rijksbez. Wsw | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -269 | -265 | -6 | -271 | -158 | -113 | |
Saldo | -269 | -265 | -6 | -271 | -158 | -113 | |
DZB Reserve frictiekosten ID/WIW DZB | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -46 | -22 | -7 | -29 | -29 | 0 | |
Saldo | -46 | -22 | -7 | -29 | -29 | 0 | |
Reserve Sociaal Domeins P10 | Toevoeging | 5.714 | 0 | 10.240 | 10.240 | 10.240 | 0 |
Onttrekking | 0 | 0 | -748 | -748 | -748 | 0 | |
Saldo | 5.714 | 0 | 9.491 | 9.491 | 9.491 | 0 | |
Reserve Fonds Debt? to no Debt! | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -9 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -9 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal | Toevoeging | 6.809 | 0 | 11.988 | 11.988 | 11.988 | 0 |
Onttrekking | -1.838 | -287 | -2.356 | -2.643 | -2.529 | -114 | |
Reserves programma 10 | 4.971 | -287 | 9.632 | 9.345 | 9.459 | -114 |
Toelichting op beleidsterreinen met financiële afwijkingen (op de lasten en/of baten) > € 250.000.
10A Arbeidsparticipatie
De Europese REACT-subsidie kon in het voorjaar van 2021 worden aangevraagd, maar had betrekking op de periode vanaf februari 2020. Het plan was om kosten van 2020 en 2021 al op te nemen in de jaarstukken 2021 maar dat is niet gelukt. Eind 2022 bleek de subsidie- en de prestatieverantwoording van voldoende kwaliteit om een voorlopige opbrengst over de gehele periode te boeken. De geboekte voorlopige opbrengst voor de regio Holland Rijnland is € 1,8 miljoen meer dan begroot, waarvan € 0,8 miljoen bestemd is voor de regio-gemeenten (nadeel lasten) en € 1,04 miljoen voor Leiden. Medio 2023 zal de subsidieverantwoording beoordeeld zijn door het Agentschap van SZW. De daadwerkelijke opbrengst kan dus lager uitvallen. In het najaar van 2023 wordt de definitieve subsidiebeschikking verwacht. Na ontvangst van de beschikking zal uitbetaling aan de regio-gemeenten plaatsvinden.
De uitvoeringskosten bij Inburgering worden gedekt door een vaste rijksbijdrage plus bijdragen van Leidse regiogemeenten. De kosten van de inburgeringsvoorzieningen zijn declarabel bij het Rijk. De inburgering is pas laat op gang gekomen waardoor de uitvoeringskosten lager zijn uitgekomen dan verwacht. Daarnaast is eind 2022 gebleken dat een deel van de uitvoeringskosten bij nader inzien onder inburgeringsvoorzieningen bij het Rijk gedeclareerd kunnen worden. Dit heeft per saldo geleid tot € 0,5 miljoen lagere uitvoeringslasten en € 0,5 miljoen hogere baten inburgeringsvoorzieningen.
Bij Taal en Participatie en JAS (jonge statushouders) is een voordeel ontstaan van in totaal € 0,3 miljoen door een nagekomen opbrengst over 2021.
De lasten en baten van het regionaal ESF-project PRO/VSO onderwijs zijn € 0,2 miljoen hoger uitgevallen.
Op de regionale budgetten Invoering regionaal werkbedrijf en Crisisdienstverlening (budget om nadelige gevolgen corona op werkgelegenheid te dempen) is een onderbesteding ontstaan van € 0,4 miljoen.
Het budget onderzoek en scholing is onderschreden met € 0,1 miljoen.
Arbeidsparticipatie DZB
Er is bij Arbeidsparticipatie / DZB een voordeel ontstaan van € 1.266.000. Dit is opgebouwd uit een voordeel van € 72.000 bij re-integratie activiteiten en € 1.194.000 bij de WSW. Het voordeel van € 1.194.000 bij de WSW bestaat uit een voordeel van € 104.000 op de reguliere bedrijfsvoering, een voordeel van € 273.000 op teveel ontvangen budget als gevolg van een onjuiste verwerking van een rijkscirculaire en een voordeel van € 817.000 op de WSW-rijkssubsidie.
Het voordeel van € 273.000 is onjuist gealloceerd uit de algemene middelen wordt daarom bij resultaatbestem-ming verrekend met de concernreserve.
Het rijk stelt de jaarlijkse WSW-subsidie vast op basis van een inschatting van de blijfkans van de gesubsidieerde medewerkers. Het in een jaar gerealiseerd aantal WSW’ers wijkt daar bijna altijd van af. Wij rekenden de WSW subsidie op basis van het werkelijke aantal gerealiseerde WSW plaatsen toe aan het resultaat en lieten het verschil staan op de balanspost Vooruit ontvangen. Dit blijkt niet juist te zijn omdat de ontvangen WSW-subsidie, onderdeel van het gemeentefonds, niet hoeft te worden afgerekend met het Rijk. Een overschot op de WSW-subsidie moet daarom als eigen vermogen worden beschouwd. Het in de jaren 2017 t/m 2021 opgenomen overschot op de balans valt daardoor vrij ten gunste van de exploitatie. In totaal leidt dit tot een voordeel van
€ 817.000.
Het voordeel van € 104.000 op de reguliere bedrijfsvoering wordt grotendeels veroorzaakt door lagere loonkosten omdat er minder mensen uit de nieuwe doelgroep zijn ingestroomd.
Het voordeel op het budget re-integratieactiviteiten is € 72.000. In het budget van re-integratie zijn een aantal projecten van de arbeidsmarktregio Holland Rijnland opgenomen. De onderbesteding op het regionaal budget bedraagt € 102.000. Dit bedrag is volgend jaar nodig voor de afronding van de projecten en zal geoormerkt worden gestort in de bedrijfsreserve DZB. Bij de overige re-integratieactiviteiten stonden vacatures langer open dan gepland en is ook minder opleidingsbudget aangewend als gevolg van minder instroom. Deze voordelen zijn aangewend om tegenvallende opbrengsten vanuit de regio als gevolg van minder instroom op te vangen en om samen met het team Werk en Inkomen (PMO) het uitkeringsbestand scherper in beeld te brengen om zo de instroom bij re-integratie weer op peil te krijgen. Deze inspanningen resulteerden per saldo in een nadeel van € 30.000.
10B Maatschappelijke participatie en ondersteuning minima
Er is incidenteel € 0,32 miljoen van het Rijk ontvangen via de algemene uitkering. Het betreft een mutatie uit de decembercirculaire die via de 4e technische wijziging is toegevoegd aan de begroting. Het was bedoeld om extra uitgaven bijzondere bijstand op te vangen als gevolg van de gestegen energieprijzen. Er zijn echter weinig aanvragen ontvangen en toegekend en daardoor is er een voordeel ontstaan van € 0,25 miljoen.
Op kwijtscheldingen gemeentelijke heffingen is een voordeel ontstaan van € 48.000. Er is € 0,1 miljoen kwijt-gescholden van gedupeerde ouders inzake de kindertoeslagaffaire die gedeclareerd kan worden bij het Rijk.
Door o.a. de verhoogde en gerealiseerde taakstelling 'te huisvesten statushouders' is er € 0,2 miljoen meer aan leenbijstand verstrekt. Ook is er een opbrengst van € 50.000 doordat een deel van de minimadoelgroep een verstrekte energietoeslag van € 500 heeft teruggestort, die betrekking heeft op 2023 maar in 2022 mocht worden uitgekeerd van het Rijk. De reden is dat zij de toeslag liever in 2023 willen ontvangen. Daarnaast is er een hogere opbrengst van € 0,25 miljoen inzake de te declareren uitvoeringskosten van verstrekking bijstand aan Oekraïense vluchtelingen in particuliere opvang.
10C Inkomensvoorzieningen
Er zijn geen relevante afwijkingen.
10D Schuldhulpverlening
Er zijn geen relevante afwijkingen.
Toelichting op afwijkingen Reserves > € 250.000.
Reserve zachte landing rijksbezuinigingen WSW
Begroot was een onttrekking van € 271.000, maar er zijn minder kosten gemaakt waardoor een onttrekking van € 158.000 volstond.
Onderschrijdingen op investeringskredieten
Niet van toepassing.
Toelichting op investeringskredieten ouder dan 3 jaar die niet afgesloten worden bij de jaarrekening
Niet van toepassing.